Paulien Cornelisse, cabaretière en schrijfster van de bestsellers Taal is zeg maar echt mijn ding en En dan nog iets (samen goed voor meer dan 1 miljoen exemplaren) geeft haar nieuwe boek De verwarde cavia in eigen beheer uit. Op Facebook beschrijft ze haar belevenissen: “Als zelfuitgever kun je natuurlijk zelf beslissen hoe veel je zelf wilt doen. Huur je iemand in om met de drukkerijen te praten? Of doe je dat helemaal zelf?”
Waarom zou je alles zelf doen? Voor het geld?, vroeg Matthijs van Nieuwkerk zich eind vorige week af in DWDD. “Ik vind het gewoon leuk om dit zelf zo te maken, dat je ook niet hoeft te overleggen”, antwoordde Cornelisse: “Bijvoorbeeld de kaft – die is gemaakt van een bepaald papier, dat is linnenpersing. Dat kun je zo voelen en dat is op een heel mooie manier mat en dat vind ik heel prettig – een boek uit m’n jeugd had ook zo’n kaft. En dat wil ik. En dan hoef je dat dus niet te overleggen. (…) Waarmee ik niet wil zeggen dat uitgeverijen daar niet voor openstaan, dat staan ze heus wel, maar nu kan ik gewoon in een keer zeggen: dat gaan we doen. (…) Dit is duurder dan gewoon papier, maar daar ga ik dus over.”
Op Facebook schreef Cornelisse het 10-delig feuilleton Een boek uitgeven, hoe doe je dat? over de totstandkoming van haar nieuwe boek. Dat levert mooie inkijkjes op, zoals: waarover heeft men het met een drukker?
Nou, bijvoorbeeld over papiersoorten. En of ze die papiersoorten op voorraad hebben of niet. En hoe snel ze zouden kunnen herdrukken, mocht dat nodig zijn. En hoe duur het eigenlijk is. En of die prijs nog uitmaakt per boekformaat. En of ze er een sticker op kunnen plakken. En hoe duur dat is.
Verder moet je je in een gesprek met een drukker vooral laven aan alle prachtige termen waarmede de drukker zich uitdrukt.
Ik schrijf er een paar op, en sorry als ik fouten maak, want ergens tijdens zo’n gesprek moet je ook ophouden met: ‘Hoe heet dat precies?’Matlaminaat
Persvernis
Houtvrij
Persing
Preeg
UV spot
Koudlijm
Romandruk
Kop-kopMooi hè? Ik heb inmiddels een redelijk idee van hoe het boek eruit moet zien en waar het van gemaakt is.
Ze kiest een drukker voor haar boek:
Eerst even het mooie nieuws: ik heb een drukker voor het boek gevonden. Er zijn verschillende goede drukkers in Nederland. De ene is wat beter met lagere oplages, de ander met hogere. Na wat onderhandelingen, gesprekken, en channelen van onderbuikgevoelens is de keuze gevallen op Koninklijke Wöhrmann B.V. te Zutphen. Ik vind het natuurlijk belangrijk dat het allemaal koninklijk is, dat begrijpen jullie.
Voor het omslag van de Cavia hebben de Wöhrmannen een proefdruk gemaakt. Als leidraad een PMS-kleur die ik had uitgezocht. PMS kende ik altijd als ‘pre-menstrueel syndroom’, maar het is ook een codering uit de Pantone kleurwaaier. Pantone is een mooi systeem waardoor je altijd kunt zien: deze kleur blauw dus.
En ze gaat in Zutphen kijken bij de productie van haar boek:
Een zelfuitgever zou wel gek zijn als hij/zij niet ook zelf aan drukpers zou gaan staan.
Het papier dat ik voor het omslag heb gekozen, heeft reliëf. Samen met de moeilijkheid van de kleur blauw, is dat een en al uitdaging. Op een van de foto’s kun je zien dat ik heel professioneel door een loepje aan het kijken ben of er geen veegjes blauw in het wit zitten.
De (voornamelijk toch wel) mannen bij drukkerij Wöhrmann te Zutphen vinden het allemaal leuk en overleggen met elkaar hoe ze ervoor moeten zorgen dat de inkt niet plakt en toch donker genoeg is. Op een gegeven moment werd er zelfs alcohol bij de inkt gegooid omdat (en hier werd een plausibele reden gegeven die ik nu weer vergeten ben).
Uiteindelijk wordt de kaft een KNALLEND blauw, en dat blauw wordt er in twee drukgangen op gedrukt.
In Volkskrant Magazine gaat Cornelisse dit weekend in op de kritiek dat uitgeverijen haar bestsellers nodig hebben om jong talent te financieren – ‘en als alle bestsellerauteurs voor zichzelf beginnen, wordt dat lastig’: “(…)Ik denk dat door mijn eerdere boeken al heel veel dichtbundels het levenslicht hebben gezien. Die schuld is wel ingelost, vind ik.”
Cornelisse ontdekte ook een nadeel van zelfuitgeven: ze werd niet meer uitgenodigd voor het Boekenbal.
Hi Ed,
In maart was ik bij het Book Publishing Event dat Xerox organiseerde in Verona. Hier heb ik diverse drukkers gesproken over bestsellers en zelfpublicerende schrijvers. Beide zorgen voor goede zaken begreep ik. Juist voor drukkerijen die nu nadenken over een hybride model (combi offset en digitaal) is het leuk het van de kant van een schrijver te horen hoe zij dit beleeft. Ik zal de Verwarde Cavia al bijna alleen kopen om de kaft te voelen!
Hier zie je mooi hoe groot de invloed van social media kan zijn. De lezers worden gewezen op de uitzonderlijke kleur en het bijzondere reliëf. Potentiële lezers herinneren zich dat en zullen hoogstwaarschijnlijk sneller dat boek willen bezitten. In Nederland hebben we de letterontwerper Jos Buvinga die het hele proces van de aanmaak van een nieuwe letters beschreef op zijn blog en Facebook. Men kon reageren en discussieerde mee over de vorm van sommige letters. Door die interactie met de potentiële koper kan er een bijzondere band ontstaan en verstevigt het de relatie. Buvinga vertelt ook nog steeds allerlei details aan zijn lezers/ontwerpers. Cornelisse heeft er voor gekozen het zelf te doen. Met haar naam, haar optredens voor radio, tv en zalencircuit en haar bekendheid bij de lezers kan zij dit doen. Ze heeft het geld eerder verdiend om het hele proces te kunnen betalen. Bovendien is ze bereid alle media zelf aan te spreken en schuwt ze de discussie niet. Er zijn niet veel auteurs die al die taken inclusief de voorfinanciering op zich zouden willen (en kunnen) nemen. Leuk dat ze het doet en daarmee breed de media haalt (zelfs in déze blog!) maar de uitgevers zijn – volgens mij – hard nodig om het voor vele andere schrijvers te doen. Waarschijnlijk zullen ze nog betere argumenten vinden en/of acties uitvoeren om daarmee de schrijvers binnen boord te houden en te behoeden voor de overstap van schrijver naar DIY-auteur/uitgever.