‘Dodelijke prijzenoorlog wurgt grafische sector’

‘Febelgra wil paal en perk stellen aan de prijzenoorlog die leidt tot collectieve economische zelfmoord’

Beroepsfederatie Febelgra in aanval tegen concurrentieverstoring

Febelgra (de Belgische KVGO) verklaart de oorlog aan de prijzenoorlog in de grafische sector, waarbij soms tot 30 procent onder de kostprijs wordt gewerkt: ‘Grote boosdoeners zijn onverantwoorde prijsbrekers in binnen- en buitenland, maar ook de wet op de continuïteit.’

Volgens Febelgra misbruikt een groeiend aantal drukkerijen de Belgische wet op de continuïteit, een crisiswet bij faillissementen, om door te starten: ‘Hierdoor krijgen zij vrijstelling of zelfs kwijtschelding van schulden waardoor ze ver onder de gangbare prijzen de markt dood concurreren’.

“Wij stellen dossiers samen tegen bedrijven uit onze sector die zich schuldig maken aan marktverstoring om klacht neer te leggen bij de Raad voor Mededinging van de FOD Economie. In samenwerking met onze leden zoeken we naar ernstige overtredingen met het juiste bewijsmateriaal. Deze agressieve aanpak is een laatste redmiddel om een einde te maken aan de onduldbare prijsverstoring,”

stelt Jan De Brabanter, secretaris-generaal van Febelgra, in een persbericht dat de nijpende situatie in de grafische sector van België schetst:

“De grafische industrie in België beleeft immers moeilijke crisisjaren. Het aantal bedrijven kromp de voorbije vijf jaar met bijna 15,5% en telde 54 faillissementen in 2009 en nog eens 49 in 2008. De sector zag in 2009 zijn omzet dalen met 9,6% en de tewerkstelling met ruim 5,5%.”

Begin juni verklaarde het KVGO niets tegen doorstarts te kunnen ondernemen: ‘Geen enkele branche kan daar in zijn eentje wat aan doen’. De Nederlandse branchevereniging zet vooralsnog haar lobby in politiek Den Haag voort om de Faillissementswet te wijzigen.

[update 16/07/2010] Eind juni deed Febelgra ook al een een oproep aan de Belgische politiek om maatregelen te nemen tegen de concurrentieverstoring in de grafische sector. Opvallend genoeg was de belangenbehartiger toen nog wat relativerend over de prestaties van de industrietak:

“Toch presteert de grafische industrie beter dan de gezamenlijke verwerkende nijverheid en dan de grafische sector in het buitenland. De gemiddelde bezettingsgraad van de totale verwerkende nijverheid lag in 2009 onder de 70% terwijl deze in de grafische industrie 79,5% bedroeg. In tegenstelling tot de meeste andere Europese landen is de omzetdaling met 9,7% in België gevoelig kleiner. Enkel Duitsland (-6,1%) doet het beter dan België, gevolgd door Zwitserland (-9,9%), Zweden (-10%), Spanje en Portugal (-11,2%), Noorwegen (-12%), Hongarije (-15%), Denemarken (-16,4%), Nederland en Finland (-20%) en Bulgarije (-25%).”

Ook werd toen door Febelgra nadrukkelijk op enkele andere oorzaken van de problemen gewezen, namelijk de valse concurrentie door de huisdrukkerijen bij de overheid en door sociale werkplaatsen :

“Ook moet paal en perk gesteld worden aan nieuwe investeringen door overheidsdiensten in interne of geïntegreerde drukkerijen. Deze interne drukkerijen zoals bij de FOD Buitenlandse Zaken, FOD Financiën of van andere overheidsdiensten ontplooien marktverstorende activiteiten in de huidige moeilijke economische tijden.”

“In plaats van de markt te laten spelen en bij te dragen tot economische groei zuigt de overheid met belastinggeld omzet en tewerkstelling uit de reguliere markt door de creatie van een parallel circuit. Dit is niet de taak van de overheid en voor ons totaal onaanvaardbaar.” zegt Jan De Brabanter.”

“Ook het feit dat beschutte werkplaatsen steeds minder complementair zijn met de grafische sector en als maar meer overlappende concurrerende actitviteiten ontwikkelen schaden de eerlijke concurrentie en zijn marktverstorend.”