Vrijdag verscheen in het Financieele Dagblad een pagina-groot artikel van de hand van veertien Nederlandse schrijvers (onder wie Bernlef, Adriaan van Dis, Renate Dorrestein, Geert Mak en Joost Zwagerman). Zij houden een pleidooi voor het elektronische boek:
“Wij, als auteurs, verheugen ons op zo’n doorbraak van het e-book.”
De auteurs formuleren in het artikel “zeven schoten voor de boeg”, bestemd voor het huidige boekenvak dat zich tot nog toe vooral lijkt te verzetten tegen het e-book:
“Veel andere ondernemers in het boekenvak, waaronder nogal wat uitgevers, staan als verlamd te kijken, als 19de-eeuwse beurtschippers die de eerste stoomtrein door de polder zien tuffen.”
“Het voorstel is uitermate simpel: in deze overgangsperiode zullen nieuwe titels in principe pas een jaar na verschijning als e-book worden uitgebracht, tenzij auteur en uitgever anders overeenkomen. Daarna kan het boek dan direct, net als bijvoorbeeld bij de boekenclub, goedkoop worden aangeboden als e-book. Voor de e-booklezer worden, tegelijkertijd, voor dezelfde lage prijzen de backlists van alle uitgeverijen zo snel mogelijk opengesteld.”
De schrijvers dringen bovendien aan op actie:
“De industrie die bemiddelt tussen schrijver en lezer is een complex, 19de-eeuws bouwwerk geworden met veel gangen en trappen en vergaderzalen. Het is mooi, maar het heeft zijn beste tijd gehad. Voor het instort moeten we een nieuw huis bouwen. En daar moeten we snel mee beginnen.”
Immers:
“Van de opbrengst van een papieren boek gaat zo’n 10 tot 15% naar de auteur, zo’n 25% is voor de uitgever en 10 tot 15% wordt besteed aan papier en drukkosten. Het leeuwendeel, maar liefst 40 tot 50%, is voor de boekhandel. (…) Al die drukkers, binders, en distributeurs van het papieren boek, ze zijn voor de productie en distributie van een e-book niet meer nodig. Dat geldt tot op grote hoogte ook voor de boekhandel. Dat maakt alles anders.”
Geef een reactie