Vorig jaar nog schreef Bert Jalink, als voorzitter van de redactieraad, in zijn voorwoord van Grafisch Nederland 2009: ‘Het jaarboek oogt als een never-ending story; het heeft geen begin, geen eind.’ En nu is het dus helaas toch afgelopen. Grafisch Nederland verschijnt niet meer.
Kerstmis zonder Kerstnummer, dat klonk mij aanvankelijk toch een beetje (vrij naar Hazes’ kerstkraker) ‘als een kerstboom zonder piek’. Maar er blijkt goede reden om dit jaar de slingers in de kast te laten. Het ‘visitekaartje van grafisch Nederland’ werd in eigen kring kennelijk lang niet zo gewaardeerd als daarbuiten. De grafische wereld nam steeds minder exemplaren af, stelt de Grafische Cultuurstichting, ‘waardoor de waarde van Grafisch Nederland als jaarlijks visitekaartje van de branche gestaag verminderde.’
In haar Nieuwsbrief beschreef de Cultuurstichting begin vorig jaar deze situatie al eens in een terugblik op Grafisch Nederland 2005 Kleur Colour, dat naar een ontwerp van Irma Boom in full colour plus liefst 80 PMS kleuren werd gedrukt:
‘De redactieraad is gelukkig, maar maakt zich in eerste instantie ook zorgen. Diverse vaste afnemers van Grafisch Nederland sturen het boek retour en zeggen er niets van te begrijpen. Eén van hen spreekt over een ‘behangstalenboek’, nog niet wetend dat de diagrammen van Irma in diverse kantoren en woningen zullen worden toegepast. De ontvangst buiten de grafische wereld maakt uiteindelijk weer veel goed. Grafisch Nederland 2005 is het eerste ‘kerstnummer’ dat in grote aantallen over de hele wereld wordt verkocht.’
Grafisch Nederland en de buitenwereld: het blijft kennelijk een lastige combinatie. Imagocampagnes als G-Kracht slaan geen deuk in een pakje boter, de glans van de Gouden Z reikt niet veel verder dan Nijkerk, de enkele Kopperprent die nog verschijnt bereikt maar zelden een groot publiek. Maar van een internationale bestseller is deze industrie liever niet de afzender. Ik vind het eigenlijk wel mooi dat de Cultuurstichting wil voorkomen dat Grafisch Nederland definitief in dat rijtje belandt, het roer omgooit en daarbij vooral ook de blik verder naar buiten richt.
Nadat het KVGO in 2003 al afscheid nam van de Grafische Cultuurstichting omdat die niet langer binnen de kerntaken paste, verhuisde de stichting eerder dit jaar van de Amstelveense Startbaan naar het gebouw van Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam. Een prachtige plek natuurlijk om er na 77 ‘Kerstnummers’ mee op te houden en, gelukkig, iets nieuws te beginnen.
Ik kijk dan ook uit naar de opvolger van Grafisch Nederland die in februari volgend jaar moet verschijnen: Dutch Heights. Een door Irma Boom ontworpen uitgave met een overzicht van de belangrijkste bekroningen op het gebied van Nederlandse kunst en cultuur. Opnieuw, in de prachtige traditie van Grafisch Nederland, door een groep grafische bedrijven geproduceerd. (Zou dat ‘Dutch Heights’ misschien zelfs nog verwijzen naar de ‘Hollandsche hoogte’ uit het tijdperk van het lood?)
Ik hoop dat er volgend jaar nog een mooie tentoonstelling komt over Grafisch Nederland, bijvoorbeeld in het Graphic Design Museum in Breda. Misschien kunnen de overgebleven exemplaren uit 2006 dan als catalogus dienen. Die editie, ‘een feestelijk boek’, vormde een mooie terugblik op de 75 Kerstnummer die verschenen tussen 1911 en 2006. Een inlegvel met een toelichting op de twee exemplaren die daarna nog volgden maakt dat overzicht dus helemaal compleet.
Het voorwoord in die uitgave uit 2006 spreekt van ‘een hommage aan alle personen en bedrijven die, meestal belangeloos, aan de uitgaven hebben meegewerkt’, en stelt dat ‘het is vooral een boek [is] over grafisch Nederland, over honderd jaar collectieve promotie, samenwerking, grafische techniek en vormgeving’.
Drie jaar later zegt het stopzetten van Grafisch Nederland ook weer veel over grafisch Nederland en over de collectieve promotie. En dat de opvolger Dutch Heights zich veel minder afhankelijk wil maken van de afname en verspreiding door grafische bedrijven, ook.
Geef een reactie